André Rieu gibt endlich zu, was wir schon lange über ihn und seine Frau vermutet haben.

Journalist Tim Geurts sprak voor zijn boek met tientallen mensen rondom de Maastrichtse violist André Rieu, zowel van binnen als buiten zijn orkest. “Fan is een groot woord, maar ik heb inmiddels wel enorme bewondering voor hem gekregen.”

Is het haar van Rieu echt? Het is één van de meest gestelde vragen over de orkestleider, zo staat in het boek 75 jaar André Rieu. Maar de vraag beantwoorden blijkt lastig, zelfs voor de schrijver van het boek: “Het wordt heel erg afgeschermd. Op het moment dat iemand met zijn haar aan de slag gaat, gaan de deuren dicht. Ik heb wel geprobeerd met zijn kapper in gesprek te komen maar die geeft geen interviews.”

Tim Geurts, journalist bij dagblad De Limburger, sprak de afgelopen maanden met tientallen mensen rondom Rieu. In zijn boek beschrijft hij Rieu aan de hand van die gesprekken én aan de hand van interviews die de violist eerder gaf aan De Limburger. Het gaat over zijn jeugd, over zijn tijd bij het Limburgs Symfonie Orkest en het Maastrichts Salon Orkest, over zijn doorbraak met het Johan Strauss Orkest en zijn huidige status als wereldster. En, inderdaad, daar hoort dat haar ook bij. “Dat haar is één van de geheimen van Rieu. Een van de ingrediënten uit een cocktail die als geheel onweerstaanbaar blijkt voor miljoenen mensen over de wereld.”

“Fan is een groot woord,” zegt Geurts, gevraagd naar hoe hij zélf naar Rieu kijkt. “Maar ik heb wel een enorme bewondering voor hem gekregen. Als je zo’n boek gaat schrijven en al die mensen spreekt over die 45 jaar dat hij al aan de weg timmert, hoe dat allemaal is gegaan, de weg ernaartoe, de hobbels, het doorzettingsvermogen, daar heb ik wel bewondering voor gekregen. Hij is op dit moment met afstand de grootste Nederlandse artiest.”

Het boek analyseert hoe Rieu de wereldster kon worden die hij heden ten dage is: zijn perfectionisme, zijn dadendrang en wil om de wereld te laten zien wat hij kan, maar ook de enorme loyaliteit van de mensen om hem heen. Natuurlijk de loyaliteit van zijn vrouw Marjorie en zoon/manager Pierre, maar ook de loyaliteit van Rieu richting zijn orkestleden, die vaak al tientallen jaren voor hem werken.

“Het Japanse model, noemt hij dat. Dat wil zeggen dat je tot je dood voor je personeel zorgt. En dat doet hij ook wel. Daar heb ik heel veel voorbeelden van gehoord. Jean Sassen bijvoorbeeld. Dat is een jeugdvriend van Rieu, hij is contrabassist, maar besloot op enig moment om te stoppen. Omdat hij zo weinig thuis was en zijn vrouw dan steeds alleen thuis zat. Toen Rieu erachter kwam wat het probleem was zei hij niet: ga maar thuis zitten, maar nam hij, op zijn kosten, die vrouw jarenlang mee op reis.”

Toch is het niet alleen maar rozengeur en maneschijn, wat betreft de loyaliteit van Rieu. “Op het moment dat je uit de firma Rieu stapt is het ook klaar,” vertelt Geurts. “Dan besta je niet meer. Daar heeft ie niet zo heel veel gevoel voor, zegt iemand in het boek ook.”

Het tekent de zakelijke kant van Rieu. De kant die je ook nodig hebt om aan de absolute top te belanden en te blijven. De status van Rieu is al jaren onbetwist en bracht hem naar alle uithoeken van de wereld. Maar de orkestleider wordt, al wil hij dat zelf niet weten, ook een jaartje ouder. Dit jaar wordt hij 75 en als Rieu stopt betekent dat meteen ook einde oefening voor het orkest. Wat zegt Rieu daar zelf over?

“Dat hij daar nog niet over na hoeft te denken, want hij wordt 120,” vertelt Geurts. “Dat is iets wat hij steevast zegt, ook intern, waardoor de discussie daarover een beetje stukloopt. Maar het orkest is daar wel mee bezig, zeker na Mexico.” Rieu moest daar eerder dit jaar een serie concerten onderbreken vanwege ziekte. Geurts: “Hij heeft dat zelf inmiddels ook wel door hoor. Moeten we dit nog wel doen, vroeg hij zich toen af. Naar Mexico, op die hoogte, acclimatiseren, jetlag. In de toekomst gaan die reizen er wel vanaf, denk ik.”

Rieu is nog altijd goed voor zo’n 80 a 100 concerten per jaar, het overgrote deel in het buitenland. Behalve zijn Stradivarius reist ook altijd zijn personal trainer mee, want de orkestleider moet in vorm blijven. Niet alleen door aan de gewichten te hangen overigens, ook door te slapen, vertelt Geurts: “Hij staat bekend om zijn slapen. Overal, altijd. Neemt zijn slaapbankje ook altijd mee. Voordat het vliegtuig aan het taxiën is, is hij al in slaap gevallen. Dat is ook de enige manier waarop je hem echt kwaad kunt krijgen, als je hem dan stoort.”

Hoewel Rieu zelf niet wilde meewerken aan het boek, ervoer Geurts dat niet als een probleem. “Zij (André, vrouw Marjorie en zoon/manager Pierre) zaten niet zo te wachten op een boek over André. Maar ze zijn er ook niet voor gaan liggen, daar ben ik wel blij mee. En ik kon putten uit alle interviews die De Limburger ooit met Rieu gedaan heeft, vanaf 1978. Daarom maakte het ook niet veel uit dat ik hem niet gesproken heb. Bijna alles wat ik zou willen vragen, is al eens gevraagd.”